zaterdag 10 maart 2012

Pootjes

Ik heb iets met dieren. Hoe ze bewegen. Vooral als ze onderaan hun pootjes van die ongelooflijk zachte kussentjes hebben. Van een ontroerende zachtheid en schoonheid is dat.
Mijn hond kent mijn gewoontes, ’s morgens heel vroeg ligt hij (het is een teefje eigenlijk, maar over een hond praten als ‘zij’ druist in tegen mijn taalgevoel ) op een groot kussen naast me te slapen.Of te doen alsof. Iedere beweging wordt gezien… Soms wil hij even aangehaald worden zonder dat hij daar zelf voor in beweging moet komen. Dan jankt hij heel zachtjes en kijkt smekend.Of geeuwt hij met een opengesperde muil en kijkt in mijn richting met diepbruine ogen.Als ik dan naast hem op de vloer ga liggen, laat hij me slaperig toe te strelen. Van zodra ik even stop, tilt hij zijn poot op en tikt heel zachtjes op mijn wang. Ga door, ga door. Bang om me pijn te doen, als een liefkozing bijna. Deden mijn katten vroeger ook, met ingetrokken klauwtjes…speels tegen mijn wangen tikken. Iets aan mijn wangen vraagt er blijkbaar om.
Katten heb ik niet meer, ik heb te vaak gehuild omdat er weer één was gesneuveld in het verkeer. Ik wandel naar mijn werk en ik weet zeker dat ze me zouden volgen en aangereden zouden worden in de ochtendspits van ouders die hun kinderen met de wagen naar school brengen. Het blijft een gemis, geen katten in huis. Hun blikken, hun gespin…hun gedoseerde aanhaligheid. Niet wanneer jij het wil, maar wanneer zij willen. Een hond wil altijd wel gestreeld worden.
Zelfs knaagdieren hebben van die rozige kussentjes, trippelvoetjes…zo lief en mooi dat ik vergeet naar die akelige gelige knabbeltanden te kijken.
Of kevertjes…die wiegelend/waggelend tussen stenen en grassprieten kruipen, hoe ze die zes poten laten samenwerken en er geen zootje van maken.Ik mag graag op mijn buik liggen kijken in het gras, het leven in de groene mat aanschouwen. Van zodra er echter een spin in de buurt is, verdwijnt de bewondering. Vind ik maar niks, die monsters. Zelfs op foto doen ze mijn haren rechtkomen. Hoe je met die acht poten nooit weet welke richting ze plots uitgaan, hoe snel ze er zullen zijn. Of ze ineens loslaten van het plafond en in een oogwenk voor je hangen aan een zijden draad of plof op de grond. Er zijn ook van die schichtige exemplaren die lijken te springen en zonder zichtbaar poten te bewegen telkens een tiental centimeter tegelijk vooruit schieten. Niks ontroerends aan die poten.
Deze winter verzorgde ik voor het eerst ( op aanraden van…) de voetkussentjes van de hond met vet. Eén voor één masseerde ik ze, de hond liet het zich bijzonder welgevallen en ik vond het leuk om te doen. Win-win. Ik was nog maar pas klaar of de hond begon zeer uitgebreid het vet van tussen zijn tenen te likken, het duurde langer dan het smeren zelf. Met lange halen… Maar het moment was mooi en er zal wel enig effect geweest zijn. (Met een beetje geluk ook voor de hond.)
Fluffbunny.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten