We zaten te wachten tot het zweefvliegtuig waarmee mijn man zou gaan vliegen aangesleept werd. Ondertussen arriveerde een hoogbejaard koppel, hij kwiek, zij leed aan Parkinson of iets in die aard, zeer beverig en broos. Hij hielp haar liefdevol om de parachute aan te gespen en met de hulp van twee jonge binken werd ze voorzichtig in het zweegvliegtuigje geloodst. Het duurde een eeuwigheid, niemand verloor zijn geduld. Ik schreef een boek in mijn hoofd over het hoe en waarom van haar vlucht, was het een geschenk, een soort laatste wens? Vloog ze iedere week en was haar broosheid maar een klein facetje van haar ontembare levenlust? Toen haar vliegtuigje de grond verliet en zachtjes de lucht in werd getrokken door de piloot stuurde ik haar in gedachten een gelukswens en een lieve groet, een traan op mijn wang.
Een half uur later heb ik haar veilig zien landen...
Fluffbunny
Geen opmerkingen:
Een reactie posten