zaterdag 23 april 2016

Van genen en verborgen persoonlijkheden.


Soms merk ik bij mezelf karaktertrekken van mijn ouders en grootouders, zelfs van tantes en nonkels. De trekken van mijn ouders zijn natuurlijk het meest prominent aanwezig, zo is mijn introverte artistieke, over alles eerst nadenkende vader het meest in mij herkenbaar. Verder durft mijn iets flamboyantere flapuit-moeder wel eens de kop opsteken, vooral wanneer ik me schriftelijk mag uiten komt die directheid duidelijker naar voor. Maar ze zijn er allemaal, de hele familie, als innerlijke stemmen, de Vrome Oma ( het is me al gezegd wanneer ik een mis bijwoon, ik kijk heiliger dan de paus) , de Wufte Andere Oma (tel mijn zwarte lakschoenen en mijn aantal lippenstiften en je weet genoeg), de Vloekende Peet ( ik kan zijn repertorium ten beste geven als ik met een teen tegen de tafelpoot schop, je zou niet zeggen dat ik vier jaar woordleer heb gevolgd). Maar de persoonlijkheid die het best verborgen zit, en daarom net misschien de sterkste en de felste, is de Voetbaltante. Tante Maria had geen kinderen, dus ontfermde ze zich vol liefde over de drie kinderen van haar nichtje, mijn moeder dus. Mijn jongste broer speelde in zijn jeugdjaren verdienstelijk voetbal. Zij was diegene die al zijn voetbalmatchen bijwoonde (en later die van zijn kinderen), die ‘een pree’ gaf voor ieder gescoord doelpunt, die lelijke woorden riep naar de scheidsrechter en die ooit het veld opliep tijdens een vechtpartij en die met haar handtas meppen uitdeelde waar ze nu nog over spreken. Ik mag van geluk spreken dat ik twee dochters heb, zodat ik deze latente persoonlijkheid onder controle kan houden….want ik voel haar, ze zit daar, te wachten op de eerste voetbalmatch van potentiĆ«le kleinzonen. Ik zal mijn nageslacht beschamen of fier maken, ik weet het niet…maar ze moet er eens uit. Ooit.
Maar vandaag laat ik mijn vader even uit en ga ik, geheel in stijl, naar een voorstelling van een dichtbundel.


Fluffbunny

Geen opmerkingen:

Een reactie posten