Mijn pa is kunstschilder…kort nadat ik het levenslicht zag, liet hij de blote madammen en de landschappen voor wat ze waren en begon hij abstracte kunst te schilderen…geen idee of mijn geboorte hem tot dat inzicht bracht. Zijn voorliefde voor strakke, geometrische vormen was duidelijk merkbaar in ons huis, alles in zwart-wit, geen spoor van kleur en nergens een overbodig ‘postuurtje’ zoals wij Vlamingen dat noemen. Ik vond het maar niks, ik wou een huis zoals mijn vriendinnen…met gekleurd behangpapier en een staande lamp. Met in de winter een kerstboom met lichtjes…niks daarvan. Bij ons stond er een witgeschilderde kale tak met grote en kleine zilveren kerstbollen.Heel mooi, denk ik nu.
Maar de kleine Fluffbunny ging graag naar oma aan de overkant van de straat…daar waren kleuren.Mijn grootouders hadden een handel in brandstoffen,een benzinestation zeg maar. De klanten kwamen betalen in een soort veranda,”den bureau” noemden wij het. Mijn grootvader en ik zaten er vaak samen naar buiten te kijken, kinderen en opa’s hebben zeeën van tijd. In de zomer kwamen er altijd wespen binnen gevlogen, die mijn opa onverbiddelijk doormidden knipte met een schaar. Hij was daar zeer bedreven in. Ik stond niet stil bij de wreedheid van die daad, wespen verdienden niet beter. Misschien is het ontbreken van een wespentaille bij ondergetekende wel Freudiaans te verklaren vanuit die optiek.
Voorbij de veranda kwam je in de keuken, een kleine keuken met een wand vol kastjes waarvan alle deuren in andere kleuren waren gelakt.Van daar kwam je in de woonkamer, met donkere meubels fraai versierd met houtsnijwerk van grootvader zelf,die eigenlijk meubelmaker was van opleiding. In een nis in de muur stond een groot Mariabeeld en wanneer je achter haar voeten voelde, kon je een houten wig wegnemen waardoor een lichtje aanfloepte…ons eigen Lourdes. Prachtig vond ik het.Maar de slaapkamers…dat was pas echt een toverwereld. De kamer van opa en oma (het klinkt vreemd in mijn oren omdat ik ze steevast meme en pepe noemde ) was voor die tijd ronduit Hollywoodiaans, het bed en de meubelen in crèmekleurig craquelé geschilderd, de bedsprei in lichtblauw satijn…wat die spuuglelijke ontkalkmachine daar dag in dag uit stond te pruttelen was me een raadsel, hoe zo’n onding in die voor de rest betoverende kamer terechtkwam…ik zal het nooit begrijpen.
Het mooist van al echter waren de twee kamers boven. Eens de trap op, kwam je op de kamer met de lits jumeaux en dan op een zolderkamertje met een kinderbed waar ik vaak logeerde. Maar de kamer met de lits jumeaux dus…dat was mijn geliefkoosde domein. Het behangpapier was wit met blauwe korenbloemen afgewisseld met rode klaprozen. De bedspreien waren van pluche, de één was blauw als de korenbloemen, de ander helrood als de klaprozen, ja…mijn meme had stijl èn was een beetje spilziek. Er was ook een lavabo waar roze gecraqueleerde glazen parfumflesjes op stonden, beeldschoon. De wand met ingemaakte kasten was geschilderd in pasteltinten. Alle kasten waren leeg, want mijn tante die daar geslapen had was ondertussen getrouwd en het huis uit. In het middan van al die kastjes was één hele bijzondere kast. Waarschijnlijk was het een soort toiletkastje of make-upmeubel geweest …wanneer ik de deuren opendeed zag ik een lege kastruimte met bleek tapijt bekleed, de achterwand was een spiegel en op dat tapijt stond niks behalve een klein beeldje van een Chineesje op een riksja. Toverachtig mooi was dat. Ik hoefde maar op die slaapkamer te komen en ik ging kijken of hij er nog was…hoe vaak ik leunend op mijn armen in die kast lag te kijken naar dat Chineesje op zijn riksja en zijn spiegelbeeld…geen idee, maar het was mijn persoonlijke zentuin.
Het huis is een jaar of twintig geleden afgebroken,mijn moeder stond met tranen in de ogen te kijken hoe haar ouderlijk huis met de grond gelijk werd gemaakt omdat er een nagelnieuw Total-benzinestation van 13 in een dozijn op die plaats kwam.
Ik heb in mijn eigen huis een mooie antieke kast, als ik de deuren openklap zie ik geen spiegel maar een computerscherm. Af en toe, als ik geluk heb…zit aan de andere kant van dat scherm een Chinees,zonder risksja, al wat ouder en rijper dan het kleine plastic poppetje destijds…maar hij houdt me een spiegel voor. Hij praat terug of liever…hij schrijft terug want hij slaapt wanneer ik waak en omgekeerd.Hij leert me muziek kennen en luistert naar wat ik vertel…soms duurt het een paar dagen voor ik antwoord heb want hij heeft het drukker dan de man van de riksja maar ik weet dat hij uiteindelijk toch de tijd neemt. Mijn persoonlijke zenvriend.Ik ben blij dat hij tot leven is gekomen…
Fluffbunny.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten