maandag 11 juli 2011

Van scouting en de genadeloosheid der tieners.

Eén van de zegeningen van ouder worden is dat je minder te bewijzen hebt, veel of op zijn minst een flink aantal van je jeugdige vraagstukken zijn opgelost en je staat een stuk zekerder in je schoenen dan als puber. Als ik mijn tienerdochters bezig zie en hoor lijkt het soms alsof ik in een spiegel kijk. Dan wil ik hun vragen beantwoorden met wat ik ondertussen weet maar ik hou me in…ze moeten zelf de antwoorden vinden, de lessen leren…botsen tegen de muren waar ik ook tegen botste.
Het is blijkbaar van alle generaties…dat er populaire vogels zijn die iedereen fantastisch vindt, wat ze ook zeggen of doen.En dat er anderen zijn die pas na hun twintigste tot hun recht zullen komen.
Toen ik als dertienjarige meegesleept werd naar de scouts, had ik het geluk een oudere broer te hebben die daar zeer goed in de markt lag bij de dames. Zonder dat ik de juiste kleren of de attitude moest hebben, werd ik meteen onthaald in de kring van hippe meiden…terwijl ik thuis stiekem nog met mijn Barbies speelde. Dat ze mij zoveel van hun aandacht schonken om een wit voetje te halen bij broerlief vond ik toen al wat belachelijk, maar goed…ik vond het behoorlijk handig. Natuurlijk bleef het een broos evenwicht, ik moest wel een béétje erbij horen…de juiste broer hebben was een geslaagde ingangsproef maar om er bij te blijven horen was die eerste sigaret en het hebben van een vriendje toch wel een verplicht tussentijds examen. Die sigaret was een koud kunstje, maar dat vriendje …dat was uiteraard een ander paar mouwen.Overkritisch en verlegen als ik was bleek ik totaal niet goed in de markt te liggen. Tot op een dag toch een bescheiden verrassing uit de lucht kwam vallen. Een liefdesbrief van één van de stoerste en populairste èn rijkste jongens van de scouts…ik begrijp nog steeds niet goed waar zijn plotse interesse vandaan kwam want ik had nog nooit een woord met hem gewisseld. Enfin, ik moet het briefje nog ergens in één of andere doos zitten hebben ,meer nog : ik ken hem nog steeds uit het hoofd ( en ik ben me ervan bewust dat dit behoorlijk zielig is). ‘Liefste …, de laatste tijd zit ik zot van u.Wil je het aanmaken? Mijn hobby’s zijn de jacht, de zevenscheute,Arras. Schrijf als U wilt naar VTI Oostende.’ Voor de rest had hij met een kakigroene stift zijn eigen lippen gekleurd en een paar zoenafdrukken achtergelaten. Dat de brief in ongeloof stukgelezen werd door al mijn vriendinnen, mijn moeder en ten overvloede mijn grootmoeder lijkt me nu van weinig respect getuigen tegenover de schrijver, maar aangezien hij eigenlijk nauwelijks wist wie ik was bleek zijn brief achteraf ook niet echt een levenslange belofte.
Op de brief volgde een afspraakje waar ik op het laatste moment niet eens naartoe durfde te gaan…wat meteen ook mijn aandelen kelderde en mijn scoutscarrière zo goed als beëindigde.
Om maar te zeggen…wat ben ik soms blij dat ik die periode achter de rug heb…van jezelf bewijzen en stoer doen en krampachtig te moeten voldoen aan een imago…iets wat ik eigenlijk nooit wou doen, met als gevolg dat het bij die ene brief bleef tot laat in mijn twintiger jaren.
Toen ik gisteren een jongen zag lopen, het soort dat jammer genoeg ook tot zijn twintig of langer zal moeten wachten op dat meisje dat voorbij zijn BMI en zijn foute kleren kijkt, kreeg ik in een opwelling zin om naar hem toe te gaan en te zeggen: ‘Niet mee inzitten man, je ziet er wèl goed uit, je bent vast erg grappig en vroeg of laat wordt er een meisje tot over haar oren verliefd op jou.’ Maar ik deed het niet, hij moet zijn eigen weg vinden, zijn lessen leren en uitgroeien tot iemand die uit ervaring leert dat het niet belangrijk is hoe hot je bent op je veertiende.Alleen wou ik dat hij het nu al wist…
Fluffbunny.

1 opmerking:

  1. Hm, mijn kinderen zijn net op op kamp vertrokken met de scouts... ;-)

    BeantwoordenVerwijderen