zaterdag 9 april 2011
De witte van B.
Ondanks foutieve geruchten over het feit dat ik een madame van ‘t stad zou zijn woon ik op ‘den boerenbuiten’, onze tuin loopt naadloos over in hopen hectaren landbouwgrond waar je niet veel anders ziet dan gras,wilgen, bloemen,fazanten en wilde konijnen. Veel van onze buren leven dan ook van de landbouw, wat best wel leuk is (behalve op die momenten waarop ze rijkelijk de akkers gaan bemesten en de geur dagenlang door de sleutelgaten binnen komt gekropen).Ook die ene keer dat onze Setter was ontsnapt en dat hij achter een sproeiende mestkar aanholde zal me nog lang heugen.
Een paar jaar geleden vond onze burgemeester samen met een paar van zijn politieke vriendjes het tijd om de knuppel in het hoenderhok ( in dit geval varkensstallen) te gooien. Ineens was er sprake van dat er een seveso-bedrijventerrein zou aangelegd worden (Een Seveso-bedrijf is een bedrijf dat activiteiten ontplooit op het vlak van de behandeling, de productie, het gebruik of de opslag van gevaarlijke stoffen (bijvoorbeeld raffinaderijen, petrochemische vestigingen, chemische fabrieken, aardoliedepots, opslagplaatsen voor explosieve stoffen). U begrijpt dat geen van ons dat zag zitten…bovendien bleek er ook nog een tijdelijk inactieve pijpleiding onder de grond te zitten en associaties met Ghislenghien namen meteen angstwekkende proporties aan. Met hand en tand verzetten de buurtbewoners zich tegen de aanleg van het bedrijventerrein. Onder het steeds luider wordend hoongelach van de burgemeester werden ze per dag vastberadener. Om een lang verhaal kort te maken, na ettelijke maanden van petities,protestacties,indienen van bezwaarschriften en uiteindelijk het thuishalen van onze slag ( leve onze open ruimte) bij de Raad van State keerden de rust en de reigers terug. Voorlopig geen sprake van fabrieken in onze achtertuin.
Vorige week echter mocht het zoontje van onze buren ( die het hardst getroffen zouden geworden zijn door de aanleg van een bedrijventerrein omdat hun splinternieuwe stallencomplex plaats moest ruimen) met zijn klas op bezoek bij de burgemeester. Hij stribbelde zwaar tegen, het jongetje is amper een jaar of 7 maar ziet zichzelf al helemaal in vaders rubberlaarzen treden en erfde ook het temperament van de mama ,die maandenlang als een leeuwin vocht tegen het sevesomonster. Hij was er niet toe te bewegen mee te gaan, tot zijn mama op hem inpraatte en zei dat hij geen handje hoefde te geven als hij niet wou en dat hij toch niks hoefde te vrezen. De burgemeester heeft niks tegen (kleine) jongetjes en de meester was in de buurt enz.
Uiteindelijk besloot de kleine blonde krullenkop met zijn Cupido-achtige uiterlijk en zijn gigantische bruine Bambi-ogen mee te gaan…hij keek eerst even de kat uit de boom maar toen de burgemeester binnenkwam,rukte hij zich los van de meester en stapte vastberaden op onze burgervader toe. Daar keek hij moedig omhoog en zei met een helder knapenstemmetje:’Burgemeester,kendemij nog? Ik ben dendienen van d’industrie!!’ En met de blik van een overwinnaar ging hij terug de rangen vervoegen.
Dat manneke gaat het nog ver brengen.
Fluffbunny
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten